Graanprijscycli: Inzichten uit het verleden ondersteunen optimistische vooruitzichten voor de eierindustrie

9 mei 2023

Tijdens zijn laatste update voor de IEC op dinsdag 18 april gaf Adolfo Fontes, Senior Global Business Intelligence Manager bij DSM Animal Nutrition and Health, een deskundig overzicht van 'Graanprijscycli – Wat kunnen we leren van eerdere ervaringen?'

Adolfo presenteerde aan een wereldwijde delegatie op de IEC Business Conference in Barcelona en gaf korte vooruitzichten voor de korte en lange termijn, voordat hij een uitgebreide historische analyse van maïs, tarwe en sojabonen gaf, waarbij hij voorbeelden uit het verleden gebruikte om inzicht in de toekomst te bieden.

Factoren die de toekomst beïnvloeden

Om zijn presentatie te beginnen, onderzocht Adolfo de onzekerheden op de korte termijn die van invloed zijn op de waardeketen van eieren, waarbij hij het niveau van impact en voorspelbaarheid analyseerde.

Verwijzend naar wereldwijde economische uitdagingen, legde hij uit: "Inflatie en consumentengedrag worden positiever als we het vergelijken met het verleden." Hij beschreef het economische landschap als “nog steeds onzeker, maar veel minder dan het was”, in vergelijking met eind vorig jaar. Ook over de productiekosten was hij positief: “Graanprijzen, energiekosten – die zijn de laatste maanden flink aan het verbeteren.” Aan de hand van de casestudy van Nederland liet Adolfo zien hoe de aardgasprijzen na een piek rond september 2022 aanzienlijk beginnen te dalen.

Adolfo benadrukte ook het belang van de weersomstandigheden in de graanindustrie, reflecterend op een aantal zeer uitdagende jaren in Zuid-Amerika: "Argentinië is enorm getroffen door opeenvolgende jaren van het weerfenomeen La Niña, dat een aanzienlijke impact heeft op de wereldwijde beschikbaarheid van sojameel, gezien dat zij de grootste exporteur zijn.” Vervolgens legde hij uit dat de prognose naar verwachting zal neutraliseren, wat zal leiden tot betere resultaten voor de graanindustrie. Een wijziging van de El Niño-omstandigheden later dit jaar is echter ook mogelijk, wat enige onzekerheid aan de vooruitzichten toevoegt.

De deskundige spreker herkende ook minder optimistische factoren: “Natuurlijk is ziekte heel moeilijk te voorspellen.” Hij benadrukte Afrikaanse varkenspest en vogelgriep als belangrijkste zorgen en zei: "Ze zullen niet alleen de waardeketen van dierlijke eiwitten beïnvloeden, maar ook de graanmarkten." Ten slotte erkende hij geopolitieke trends als de "moeilijkste" om op te anticiperen, terwijl hij de aanzienlijke impact ervan op onze waardeketen benadrukte.

Vooruitkijkend naar het landschap op langere termijn, legde Adolfo uit dat we een "solide groei" in onze sector kunnen verwachten: "De productie van eieren zal naar verwachting en moet de komende 14 jaar met 10 miljoen ton toenemen om aan de wereldwijde vraag te voldoen."

Maïs, tarwe en soja: trends uit het verleden

Na dit overzicht voerde Adolfo een diepgaand onderzoek uit naar de jaar-op-jaar graanprijzen. Hij constateerde dat er in de vorige eeuw, vóór 2021, slechts vier periodes waren waarin de prijzen van ten minste twee van de drie belangrijkste veldgewassen recordprijzen kenden, waarin de prijsstijgingen twee of meer opeenvolgende jaren aanhielden. Dit waren: 1973-74, 1994-95, 2006-08 en 2010-12.

Adolfo analyseerde vervolgens de redenen voor de recordprijzen in deze jaren. Factoren die van invloed waren op elke periode weerspiegelden veel van de huidige onzekerheden die eerder in zijn presentatie werden besproken, waaronder; weersomstandigheden, economische veranderingen en beschikbaarheid van grondstoffen.

Hij voegde eraan toe dat de laatste keer dat graanprijzen deze records voor opeenvolgende jaren bereikten, 2021-2022 was, als gevolg van factoren zoals COVID-19-verstoringen, de Russische invasie van Oekraïne en extreem weer: “Dus de perfecte storm zorgde ervoor dat het voor de vijfde keer weer gebeurde. keer in de vorige eeuw bereikten twee van de drie belangrijkste gewassen gedurende twee of meer jaar recordniveaus.

Aangezien elk van de historische periodes werd gevolgd door een daling van de graanprijzen, gaf Adolfo aan dat we de komende jaren stabielere prijzen kunnen verwachten na het meest recente optreden van recordniveaus.

Een optimistische kijk

Adolfo bestudeerde ook de correlatie tussen de verhouding tussen voorraden en gebruik en de prijzen voor maïs, tarwe en sojabonen. Hij voerde aan dat ondanks enkele uitschieters veroorzaakt door ongekende gebeurtenissen zoals de Russische invasie van Oekraïne en COVID-19, er een trend is die de prijzen doorgaans zullen volgen. "Als je kijkt naar de USDA-prognoses voor de komende drie seizoenen, kunnen we verwachten dat de prijzen deze lijn zullen volgen, maar op een hoger niveau", legt hij uit. "Wat betekent dat de prijzen waarschijnlijk zullen blijven dalen, maar zich zullen stabiliseren op een hoger niveau - precies hetzelfde als in de jaren '70, '90 en de jaren 2000."

"Ik denk dat de huidige marktomgeving heel anders is dan vroeger," concludeerde hij, "maar we kunnen iets positiever zijn over de graanprijzen in de komende drie seizoenen. Het kan natuurlijk veranderen, gezien de situatie met de oorlog, gezien de situatie met het weer, maar dit is het beeld dat we vandaag kunnen schetsen.”